Het papier voldoet niet aan de specificaties.
|
|
|
Er is een component onjuist geïnstalleerd.
|
|
Zorg ervoor dat alle printcartridges, de transfer- en de fusereenheid juist zijn geïnstalleerd.
|
|
U gebruikt papier dat al in een printer of kopieerapparaat is gebruikt.
|
|
Gebruik geen papier waarop al eerder is afgedrukt of gekopieerd.
|
|
Er is een lade verkeerd gevuld.
|
|
Verwijder het teveel aan papier uit de lade. Controleer of de stapel onder de maximale stapelhoogte (aangegeven door een markeringspunt) ligt. Zie Laden vullen.
|
|
Het papier ligt niet recht in de lade.
|
|
De geleiders in de lade zijn niet goed afgesteld. Stel de ladegeleiders bij, zodat de stapel papier stevig op zijn plek wordt gehouden zonder dat het papier niet buigt.
|
|
Het papier zit aan elkaar gekleefd.
|
|
Verwijder het papier uit de lade, buig het, draai het een halve slag of keer de stapel om. Plaats het papier weer in de lade.
|
| OPMERKING:
|
Waaier het papier niet uit. Uitwaaieren kan statische elektriciteit opwekken waardoor het papier aan elkaar kan plakken.
|
|
Het papier wordt verwijderd voordat het in de uitvoerbak terechtkomt.
|
|
Reset het apparaat. Haal het papier pas uit de uitvoerbak als het papier volledig in de uitvoerbak ligt.
|
|
Tijdens het dubbelzijdig afdrukken hebt u papier verwijderd voordat de achterkant was afgedrukt.
|
|
Reset het apparaat en druk het document opnieuw af. Haal het papier pas uit de uitvoerbak als het papier volledig in de uitvoerbak ligt.
|
|
Het papier verkeert in slechte conditie.
|
|
|
De rollen in de lade pakken het papier niet op.
|
|
Verwijder het bovenste vel papier. Als het papier te zwaar is, kan het papier mogelijk niet uit de lade wordt gepakt.
|
|
Het papier heeft ruwe of rafelige randen.
|
|
|
Het papier is geperforeerd of bevat reliëf.
|
|
Geperforeerde papiersoorten of papiersoorten met reliëf zijn niet gemakkelijk van elkaar te halen. Voer losse vellen in vanuit lade 1.
|
|
De onderdelen van het apparaat zijn bijna op of versleten.
|
|
Controleer of op het bedieningspaneel een bericht wordt weergegeven over het vervangen van onderdelen of druk een statuspagina af om de resterende levensduur van de benodigdheden te controleren. Zie Informatie- en demonstratiepagina’s afdrukken.
|
|
Het papier is niet correct opgeslagen.
|
|
Vervang het papier in de laden. Het papier moet in de oorspronkelijke verpakking en onder de juiste omstandigheden worden bewaard.
|
|